Nieuwsbrief voor overheden

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ermelo heeft aan de eigenaresse van de jacuzzi (hierna: eiseres) een last onder dwangsom opgelegd vanwege geluidshinder van haar jacuzzi. De jacuzzi zou geluidshinder veroorzaken voor de omwonenden. Dit is aangetoond met een akoestisch onderzoek dat is verricht door Sweco Nederland B.V. (hierna: Sweco). Volgens het college levert dit een overtreding op van artikel 4:6 van de Algemene plaatselijke verordening van de gemeente Ermelo (hierna: Apv). De last houdt in dat eiseres maatregelen moet nemen, zodat het gebruik van de jacuzzi niet meer leidt tot geluidshinder. 

In deze zaak speelt het akoestisch rapport van Sweco dat ten grondslag ligt aan de last onder dwangsom een grote rol. Volgens eiseres kunnen de bevindingen uit het rapport van Sweco niet worden meegewogen, omdat de verzoeker om handhaving en haar vriend werkzaam zijn bij Sweco. Dat wekt de schijn dat de adviezen niet onpartijdig en objectief zijn vastgesteld. Eiseres stelt verder dat zij na het uitbrengen van het akoestisch rapport maatregelen heeft genomen en dat het rapport onjuistheden bevat. In het rapport staat namelijk dat de waarden die zijn gemeten in de avond, ook in de nacht gemeten zouden worden omdat de jacuzzi altijd aanstaat. Dit klopt niet, omdat de jacuzzi van 8:00 uur tot 21:45 uur aanstaat door de geplaatste tijdschakelaar. Verder produceert de jacuzzi geen bubbels, terwijl dit wel in het akoestisch rapport staat.

Volgens vaste rechtspraak mag een bestuursorgaan bij het nemen van het besluit uitgaan van het advies van een deskundige. Indien er concrete aanknopingspunten zijn voor twijfel aan de juistheid of volledigheid, dan mag niet zonder meer van het advies van de deskundige worden uitgegaan. Zo nodig vraagt het bestuursorgaan de adviseur een reactie op wat over het advies is aangevoerd. Wanneer de schijn is gewekt dat de adviseur niet onpartijdig is, mag het bestuursorgaan het advies van deze adviseur niet aan zijn besluitvorming ten grondslag leggen. De rechtbank oordeelt dat van dat laatste in deze zaak sprake is. 

De rechtbank oordeelt namelijk dat het college niet zonder verder eigen onderzoek te doen van het rapport van Sweco gebruik had mogen maken. Niet in geschil is namelijk dat de verzoeker om handhaving bij Sweco werkt en dat het rapport op initiatief van de leidinggevende van deze verzoeker is opgesteld, omdat hij constateerde dat de avond- en nachtrust van de verzoeker te lijden hadden onder het geluid van de jacuzzi. Daarnaast oordeelde de rechtbank dat er aanknopingspunten zijn voor twijfel aan de juistheid of volledigheid van dit rapport en dat het college ten onrechte niet heeft onderzocht of na het uitbrengen van het rapport voldoende maatregelen zijn genomen om de geluidshinder weg te nemen. 

Het beroep is gegrond omdat het niet deugdelijk is gemotiveerd waarom er sprake is van een overtreding van artikel 4:6 Apv. De rechtbank heeft het besluit vernietigd. De rechtbank heeft geen opdracht gegeven om het motiveringsgebrek te herstellen via een bestuurlijke lus, omdat onduidelijk is of het motiveringsgebrek kon worden hersteld en als dat zo is, wat nodig was om het gebrek te herstellen en hoe lang dat zal duren. Het college dient wel een nieuw besluit te nemen op het bezwaar met inachtneming van de uitspraak.

Rb Gelderland 18 september 2023, www.rechtspraak.nl: ECLI:NL:RBGEL:2023:5183.

Door Anneloes Kester

Actualiteiten overzicht

Maak kennis met onze specialisten

Bekijk ons team