Nieuwsbrief voor overheden

Voordat de zaak inhoudelijk wordt behandeld, wijst de Afdeling op het overgangsrecht in verband met de inwerkingtreding van de Omgevingswet (hierna: Ow). Indien vóór de inwerkingtreding van de Ow een overtreding heeft plaatsgevonden, is aangevangen, of het gevaar voor een overtreding klaarblijkelijk dreigde, en voorafgaand aan dat tijdstip een last onder dwangsom is opgelegd voor die overtreding of dreigende overtreding, blijft op grond van artikel 4.23, eerste lid, van de Invoeringswet Omgevingswet het recht zoals dat gold voor de inwerkingtreding van de Ow van toepassing. Dit recht blijft geldig totdat de last volledig is uitgevoerd, de dwangsom volledig is verbeurd en betaald, of de last is opgeheven. In dit geval is bij besluit van februari 2021 een last onder dwangsom opgelegd en hierdoor is het oude recht van toepassing. 

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam (hierna: het college) heeft aan restaurant ‘The Butcher’ een last onder dwangsom opgelegd in verband met het strijdig gebruik van het pand met het bestemmingsplan. Het perceel heeft de bestemming ‘Gemengd-2’ met de aanduiding ‘horeca van categorie 4’. 

Volgens de toezichthouders van de gemeente Amsterdam worden in een gedeelte van het pand activiteiten uitgevoerd waarvoor geen omgevingsvergunning is verleend. In het restaurant werden voornamelijk alcoholhoudende dranken verstrekt en ten tijde van de controle werden helemaal geen maaltijden verstrekt. De ruimte was niet ingericht met tafels waaraan gegeten of gedronken kon worden en werd ook niet als zodanig gebruikt. Deze activiteiten worden geclassificeerd als horeca van categorie 3 in plaats van categorie 4.

Onder ‘horeca van categorie 4’ valt op grond van de planregels een inrichting die geheel gericht is op het voor directe consumptie verstrekken van maaltijden, (kleine) etenswaren en alcoholvrije dranken die uitsluitend aan tafel genuttigd kunnen worden (eventueel aangevuld met een afhaalfunctie). Hieronder worden in elk geval begrepen: restaurant, eetcafé, lunchroom, koffie-/theehuizen, juicebars en ijssalons. Onder ‘horeca van categorie 3’ valt een inrichting die geheel of in overwegende mate gericht is op het voor directe consumptie verstrekken van alcoholische dranken. Hieronder valt in elk geval café, bar en cocktailclub. 

The Butcher stelt dat een onjuiste bewijslastverdeling is gehanteerd. Er wordt volgens The Butcher in vergaande mate verlangd dat door The Butcher wordt aangetoond dat op het moment van de controles geen overtredingen zijn begaan, terwijl de bewijslast om aan te tonen dat sprake is van een overtreding bij het college ligt. De Afdeling oordeelt dat The Butcher terecht opmerkt dat de bewijslast om de overtreding aannemelijk te maken bij het college ligt. De rechtbank heeft volgens de Afdeling alleen terecht geoordeeld dat het college op grond van de controlerapporten aannemelijk heeft gemaakt dat The Butcher het pand niet gebruikte als horeca van categorie 4. Dit standpunt heeft The Butcher onvoldoende weerlegd. Hieruit volgt geen onjuiste bewijslastverdeling volgens de Afdeling. 

Volgens de Afdeling heeft de rechtbank terecht geoordeeld dat sprake is van een overtreding van het bestemmingsplan en dat het college bevoegd is om handhavend op te treden. Volgens de Afdeling zijn er geen bijzondere omstandigheden waardoor niet handhavend opgetreden mag worden. Het hoger beroep van The Butcher is ongegrond. 

ABRvS 24 januari 2024, www.rechtspraak.nl; ECLI:NL:RVS:2024:244
 

Actualiteiten overzicht

Maak kennis met onze specialisten

Bekijk ons team