Nieuwsbrief voor overheden

Afstand tot woningen

Op 26 november 2024 (ECLI:NL:RBMNE:2024:6404) oordeelde de rechtbank Noord-Nederland over de aanleg van vier padelbanen op een voormalig hockeyveld in Loenen aan de Vecht. Omwonenden vreesden voor geluid- en lichthinder, maar hun beroep werd ongegrond verklaard. De rechtbank stelde vast dat de afstand van 380 meter tot de dichtstbijzijnde woningen binnen de geldende Nederlandse normen valt. Het beroep door appellanten op vergelijkingen met strengere buitenlandse normen, zoals Frankrijk waar een afstand van minimaal 500 meter tussen padelbanen en bestaande woningbouw geldt, werd niet relevant geacht door de rechtbank. Het college moet zich namelijk baseren op de Nederlandse regelgeving en de regels die gelden voor deze locatie. Uit akoestisch en lichttechnisch onderzoek bleek dat de impact op de omgeving beperkt bleef en binnen de wettelijke kaders paste.

De Nederlandse Stichting Geluidshinder (NSG) acht een afstand van 300 meter van padelbanen tot woningen aanvaardbaar. In de uitspraak van 16 april 2024 (ECLI:NL:RBDHA:2024:5508, r.o. 7) werd nog een beroep gedaan op deze richtlijn.

Beperkte speeltijden en lawaaisport

In een uitspraak van 6 maart 2024 (ECLI:NL:RBNHO:2024:2291) stond een conflict tussen een tennisvereniging en omwonenden centraal. De vereniging had twee padelbanen aangelegd naast de al bestaande zes tennisbanen. Omwonenden klaagden over geluidsoverlast, waarop de gemeente beperkende regels oplegde: padel mocht slechts vier uur per dag worden gespeeld en was ’s avonds verboden.

De rechter besloot deze beperkingen voorlopig te handhaven, ondanks de bezwaren van de vereniging. De tennisvereniging had niet voldoende aangetoond dat de beperkingen tot faillissement zouden leiden. Ook woog de rechter de belangen van de omwonenden zwaarder, mede omdat er nog geen geluidscherm was geplaatst.

Op 22 juli 2024 oordeelde de voorzieningenrechter van de rechtbank Gelderland (ECLI:NL:RBGEL:2024:4717) dat padel als een lawaaisport wordt beschouwd. De voorzieningenrechter verwees hierbij naar de definitie in het Van Dale woordenboek: "sport waarbij veel lawaai wordt gemaakt (zoals motorcross en autosport)." Onder “lawaai” verstaat Van Dale: “hard, onaangenaam geluid”. Daarnaast blijkt uit het normaal spraakgebruik dat inmiddels algemeen is aanvaard dat padel een hoog geluidbronvermogen heeft en dat dit geluid niet als aangenaam wordt ervaren. Het college had daarom volgens de voorzieningenrechter ook moeten beoordelen of voor die activiteit kon worden afgeweken van het bestemmingsplan. Zo ja, dan had het college ook de ruimtelijke aanvaardbaarheid van padel moeten beoordelen en het geluid moeten meenemen in de beoordeling.

Bestemming ‘sport’

Op 16 april 2024 (ECLI:NL:RBDHA:2024:5508) heeft de rechtbank Den Haag een uitspraak gedaan over de vraag of padelbanen passen binnen een beheersverordening waarin de bestemming ‘Sport’ staat opgenomen, specifiek met een aanduiding ‘tennisbaan’. De rechtbank oordeelde dat padel weliswaar ruimtelijk iets anders is dan tennis, maar dat de verschillen onvoldoende zijn om te stellen dat padel niet binnen de bestemming 'Sport' valt (zie ook ABRvS 29 mei 2019, ECLI:NL:RVS:2019:1746 en het artikel Geluidsoverlast van padelbanen).

Belangrijk was de overweging dat de ruimtelijke gevolgen, zoals geluid en fysieke uitstraling, grotendeels vergelijkbaar zijn met die van tennis. Ook de brede formulering van de bestemmingsomschrijving in de beheersverordening speelde een rol. Deze uitspraak bevestigt dat padel een sport is die in veel bestemmingsplannen past, mits voldaan wordt aan ruimtelijke voorwaarden.

Een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (hierna: de Afdeling) van 1 mei 2024 (ECLI:NL:RVS:2024:1838) over de aanleg van twee padelbanen op Sportpark Overburg in Amstelveen bevestigt dit beeld uiteindelijk. In dit geval werd betoogd dat padel geen veldsport is en dus niet in de bestemming "Sport" past. De Afdeling oordeelde echter dat padelbanen, ondanks dat ze omringd zijn door glaswanden en lichtmasten, toch vallen onder de bestemming "Sport". De planwetgever had niet expliciet padel uitgesloten, en de locatie viel binnen de breed omschreven bestemming van sportterreinen. Padel als sport wordt dus erkend binnen de ruimtelijke ordening, zelfs als het buiten de traditionele veldsporten valt.

Kortom, genoeg rechtspraak waar appellanten opkomen tegen de komst van padelbanen. Deze rechtspraak is ook onder de Omgevingswet van belang. Onder de Omgevingswet geldt het uitgangspunt van een evenwichtige toedeling van functies aan locaties. Bij nieuwe initiatieven voor de aanleg van padelbanen zal ook hiervan uitgegaan moeten worden. Zo lang de belangen van omwonenden goed worden afgewogen en voldaan wordt aan de afstand-, geluid- en lichtnormen, kunnen padelbanen in veel gevallen – ook onder de Omgevingswet - worden gerealiseerd.

Actualiteiten overzicht

Maak kennis met onze specialisten

Bekijk ons team