Nieuwsbrief voor overheden

In een arrest van 14 februari 2017 (gemeente Heusden) had de Hoge Raad geoordeeld dat inbezitneming onrechtmatig is. Door verjaring van de vordering van de eigenaar tot beëindiging van dit bezit, wordt de inbezitnemer na 20 jaar eigenaar. Dat betekent dat dan de schade als gevolg van de onrechtmatige inbezitneming intreedt, zodat op het moment van de verjaring een vordering uit onrechtmatige daad ontstaat. De schade moet bij voorkeur in natura worden vergoed, aldus dat de door de inbezitnemer onrechtmatig verkregen grond aan de oorspronkelijke eigenaar wordt terug geleverd. 

Aan de Hoge Raad is voorgelegd of hij bereid was om van deze rechtspraak terug te komen: nee, de Hoge Raad blijft bij dit oordeel in een arrest d.d. 20 januari 2023.

Specifiek wordt de Hoge Raad ook gevraagd om in te gaan op de inbezitneming. Het geval deed zich namelijk voor dat de inbezitneming had plaatsgevonden door de aanplant van een coniferenhaag. Deze was geplant in overleg met de toenmalige eigenaar van het buurperceel en de verkoopmakelaar. De haag was dus in overleg en met wederzijds goedvinden geplant: is dat dan een onrechtmatige inbezitneming? 

Ja, antwoordt de Hoge Raad. De toenmalige buurman vond het weliswaar goed dat er een coniferenhaag werd geplant, maar het is niet zo dat er een overeenkomst was gesloten om wijziging te brengen in de bestaande eigendomssituatie, inhoudend dat beide partijen de aangewezen grens zouden accepteren als eigendomsgrens. Dat de inbezitnemer vervolgens de strook grond achter de haag aanmerkt als zijn eigendom en dus bezit pretendeert, is en blijft dus in strijd met het recht van de oorspronkelijke eigenaar en is daarom onrechtmatig. 

Hoge Raad 20 januari 2023, www.rechtspraak.nl;  ECLI:NL:HR:2023:62

Door Rikkert Hoekstra

Actualiteiten overzicht

Maak kennis met onze specialisten

Bekijk ons team