Nieuwsbrief voor overheden
De Afdeling heeft een handige overzichtsuitspraak van de jurisprudentie over de toepassing van artikel 8:69a Awb in het omgevingsrecht gedaan.
Met ingang van 1 januari 2013 is artikel 8:69a Algemene wet bestuursrecht (Awb) in werking getreden. Dat artikel luidt:
“De bestuursrechter vernietigt een besluit niet op de grond dat het in strijd is met een geschreven of ongeschreven rechtsregel of een algemeen rechtsbeginsel, indien deze regel of dit beginsel kennelijk niet strekt tot bescherming van de belangen van degene die zich daarop beroept.”
Deze bepaling staat ook wel bekend als het relativiteitsvereiste. Een besluit kan niet worden vernietigd wegens strijd met een regel die niet strekt tot bescherming van het belang van de appellant die zich erop beroept.
De invoering van het relativiteitsvereiste in het bestuursrecht is een reactie op het gevoel dat oneigenlijk gebruik werd gemaakt van het bestuursprocesrecht. In de Memorie van Toelichting (MvT) werd in dit kader het voorbeeld aangehaald van bewoners van een villawijk die zich verzetten tegen een besluit tot vestiging van een woonwagenkamp met als argument dat deze bewoners teveel geluidoverlast zullen gaan ondervinden van het geluid vanwege het spoor en de weg.
De tegenstanders van de invoering van het relativiteitsvereiste wezen onder andere op de mogelijke juridisering als gevolg van de invoering van het relativiteitsvereiste. De wetgever vond dat dat geen argument mocht zijn om niet over te gaan tot invoering van het relativiteitsvereiste en meende bovendien dat het wel los zou lopen met de juridisering.
Die voorspelling lijkt toch iets te optimistisch geweest. Het relativiteitsvereiste heeft voor zoveel jurisprudentie gezorgd dat de Afdeling zeven jaar na invoering aanleiding zag om een 52 pagina’s tellende overzichtsuitspraak over het relativiteitsvereiste in het omgevingsrecht te doen.
Zo’n overzichtsuitspraak is erg handig, maar ook een momentopname. Deze uitspraak betekent niet dat het leerstuk van het relativiteitsvereiste is uitontwikkeld. Het blijft dus van belang om ook de jurisprudentie na 11 november 2020 te raadplegen.
ABRvS 11 november 2020, www.rechtspraak.nl: ECLI:NL:RVS:2020:2706
Door Jaap IJdema
"